ENERGIETRANSITIE
20 Vastgoedsturing #18
In 2008 werd een eerste stap gemaakt
naar regelgeving voor energiereductie in de
bestaande bouw. Destijds werd in Europees
verband het energielabel geïntroduceerd, wat
sindsdien verplicht is bij verhuur en verkoop
van gebouwen die ouder zijn dan tien jaar.
Het label geeft het gebouwgebonden ener-gieverbruik
weer op basis van gestandaardi-seerd
gebruik. In de beginjaren was er nog
geen sanctie bij het ontbreken van een ener-gielabel.
Dat veranderde in 2014. Vanaf toen
volgde er een sanctie bij het niet voldoen aan
de wetgeving.
In 2023 energieprestatie-eis
voor bestaande bouw
Het is goed om te beseffen dat er anno 2021,
ondanks de verplichtingen rondom het ener-gielabel,
voor bestaande gebouwen nog géén
energieprestatie-eis bestaat. In 2023 gaat dit
veranderen. Dan komt er een label C-verplich-ting
voor kantoren. Gebouwen die niet aan
deze eis voldoen mogen niet meer gebruikt
worden als kantoor. Deze verplichting geldt
overigens niet voor monumenten, wanneer
meer dan 50% van het gebruiksoppervlak
van een gebouw geen kantoorfunctie heeft
of wanneer het totaal aan kantoor- en neven-functies
minder dan 100 m2 is.
Nieuwe labelsystematiek
per 1 januari 2021
Alle (nieuwe) energielabels worden vanaf
1 januari 2021 bepaald aan de hand van de
energieprestatie-indicator ‘primair fossiel
energiegebruik’, uitgedrukt in kilowattuur per
vierkante meter per jaar (kWh/m2 jr). Voor
kantoren geldt vanaf 2023 een label C-ver-plichting.
Uitgedrukt in de nieuwe labelsyste-matiek
betekent dit dat een kantoor per jaar
maximaal 235 kWh per vierkante meter aan
fossiele energie mag verbruiken. Om een label
C-kantoor Paris proof te maken in 2050 dient
het energieverbruik vervolgens met 80% te
worden gereduceerd, naar 50 kWh per vier-kante
meter per jaar. Om CO2-neutraal te zijn
moet deze energie dan wel duurzaam opge-wekt
zijn.
Naast de kantoren is er nu nog geen zicht op
uitbreiding van een dergelijke label-eis naar
andere sectoren. In het Klimaatakkoord is wel
vastgelegd dat er een evaluatie zal plaatsvin-den
in 2025. Dan zal worden bekeken of met
de bestaande instrumenten voldoende voort-gang
wordt geboekt voor allereerst het beha-len
van het tussendoel van 49% CO2-reductie
in 2030.
In het Klimaatakkoord is dit als volgt verwoord:
Als uit deze evaluatie blijkt dat de resultaten
voor bestaande utiliteitsbouw achterblijven,
wordt het streefdoel voor 2030 voor ver-schillende
gebouwcategorieën in dialoog
met de sectoren alsnog omgezet in dwin-gende
normering.
Vrij vertaald, pas in 2030 is er kans dat naast
de kantorensector ook een labelverplichting
komt voor andere sectoren.
Wat moet u nog meer?
Hiermee is uiteraard niet het hele verhaal ver-teld
wat betreft de wet- en regelgeving voor
energiebesparing in de bestaande bouw. Zo
bent u verplicht om minimaal eens in de vier
jaar een technische keuring te laten uitvoeren
van verwarmings- en aircosystemen met een
nominaal vermogen van minimaal 70 kW. Wat
is nog meer verplicht?
Energiebesparingsplicht
De langst lopende besparingsverplichting
(sinds 1993) is het Activiteitenbesluit milieube-heer.
Deze maatregel geldt voor bedrijven en
instellingen die meer dan 50.000 kWh elektri-citeit
of 25.000 m3 aardgas(equivalenten) per
jaar verbruiken en verplicht tot het treffen van
alle energiebesparende maatregelen met een
terugverdientijd van vijf jaar of korter.
Toezicht op de naleving van deze maatregel
ligt bij de omgevingsdiensten. Sinds medio
2019 is ook de Informatieplicht Energiebe-sparing
van kracht. Het verplicht bedrijven en
instellingen die onder het Activiteitenbesluit
vallen te rapporteren welke energiebespa-rende
maatregelen er zijn genomen.
Albert Hulshoff,
technisch
directeur Fit Our
Future: ‘Tempo
van emissie-reductie
moet
komende tien
jaar verdubbelen’